dinsdag, september 16, 2008

Esperanto: blijven hopen

PhotobucketFoto: Malias

Ok, lieve lezers, Parijsblog komt weer op gang. Morgen een fotoquiz en de muziek + een fraaie foto van Emile staan ook ingepland. In afwachting van mooie verhalen en spannende belevenissen hier eerst een stukje uit den ouden doos, over Esperanto.

Bonvenon en Bulonjo-ĉe-Maro
In Het Parool van 29 maart 2005
BOULOGNE-SUR-MER – “Bonvenon en Bulonjo-ĉe-Maro,” klinkt het uit de stationsspeakers in het Noord-Franse havenstadje Boulogne-sur-Mer. Vooral grijsaards, al dan niet met een lange baard of sandalen, stappen de trein uit. Tot en met morgen vieren Esperantosprekers uit de hele wereld het eeuwfeest van het officiële bestaan van hun taal. In 1905 vond in dezelfde plaats het eerste ‘universele’ (destijds een modewoord) congres plaats, waarin de regels werden vastgelegd.
In een tijd dat Engels meer dan ooit dé wereldtaal is geworden, blijven de zogenoemde Esperantisten zich daartegen verzetten. Ze vinden het niet eerlijk dat Engelstaligen bevoordeeld zijn bij gesprekken met anderstaligen.
Brian Moon, zelf één van de schaarse Engelse Esperantosprekers, herinnert zich hoe hij in Finland ooit een groepje zakenlui observeerde. “De Finnen hadden duidelijk betere plannen, maar de Engelsman kreeg zijn zin, omdat hij zich beter uit kon drukken,” zegt hij. “Esperanto is een neutrale taal, waardoor iedereen gelijk is.”
Moons vrouw, de Française Claude Nourmont – thuis spreken ze Esperanto – is vice-voorzitter van de Universele Esperanto Vereniging, waarvan het bureau in Rotterdam is gevestigd. Het aantal sprekers wereldwijd is volgens haar moeilijk te schatten. Het zijn er minstens enkele tienduizenden (het aantal leden van de diverse verenigingen) tot naar schatting maximaal vijf miljoen. “Maar dat is wel erg optimistisch,” geeft ze toe.
De taal werd eind negentiende eeuw bedacht door Louis-Lazare Zamenhof uit het stadje Bialystok in het huidige Polen. Toentertijd maakte dat deel uit van Rusland. Thuis sprak hij Russisch, op straat Pools en op school leerde hij Frans, Duits, Latijn en Grieks.
Hij was van mening dat één simpele hulptaal de mensen wereldwijd nader tot elkaar zou brengen. Nog steeds zijn Esperantisten in grote meerderheid idealisten. Nieuwe vriendschappen zijn voor velen een belangrijke reden de taal te leren.
Esperantosprekers roemen de puurheid van hun taal. De woordenschat komt uit Romaanse en in mindere mate uit Germaanse en Slavische talen. Alle regels zijn volstrekt logisch en uitzonderingen bestaan niet. Iemand met een redelijke kennis van Frans, Spaans en/of Latijn, gecombineerd met Engels en Duits, begrijpt de taal vrijwel zonder moeite.
Esperanto wordt nu zelden nog serieus genomen door niet-sprekers, maar kende enkele glorieuzere momenten. In de jaren zestig leerden veel utopisten de taal. De Nederlandse congresganger Hylke Bron (77) herinnert zich nog dat de telefooncellen de taalkeuze Esperanto hadden. “Maar ook toen al dachten we dat het vooral een taal van een vorige generatie was. Dat denkt iedere generatie eigenlijk.”
Na de Eerste Wereldoorlog had de taal een echte mogelijkheid tot doorbraak. De Volkenbond, voorloper van de VN, bestudeerde de mogelijkheid tot gebruik van Esperanto, maar stuitte vooral op Frans verzet. Frans was toen immers nog de dominante taal in de internationale diplomatie.
De ironie wil dat de taal tegenwoordig juist relatief populair is in Frankrijk. Zoals meer van zijn landgenoten ziet Alain Chalm Esperanto als een laatste strohalm tegen de Amerikaanse wereldoverheersing. “Door Engels te spreken halen we het paard van Troje binnen,” zegt hij. Verder kende Esperanto in Oost-Europa vrij veel aanhang, maar sinds de American Dream vijftien jaar geleden ook daar zijn intrede deed, groeit de invloed van Engels snel. Alleen in Hongarije is de taal volgens Nourmont een optioneel eindexamenvak.
Grijze haren overheersen op het congres in Boulogne. De 23-jarige perswoordvoerder Xavier Dewidehem vormt een uitzondering. Internet is volgens hem de nieuwe motor van de taal. Daardoor gaan steeds meer mensen weer Esperanto leren, al is dat moeilijk aan te tonen.
Ook Nourmont ziet mogelijkheden voor de taal, bijvoorbeeld in de EU, waar de spraakverwarring nog groter is geworden met de toetreding vorig jaar van tien landen met negen nieuwe talen. Ze is echter realistisch genoeg te beseffen dat de Europese Parlementsleden niet snel Esperanto zullen spreken. “Maar,” zegt ze, “in 1985 dacht niemand serieus aan de val van de Berlijnse Muur. Die viel vier jaar later toch. Ook wij blijven hopen.”

Labels:

3 Reactie(s):

Anonymous Anoniem schreef...

Wow, it's alive! Correspondent, mooi dat je er weer bent voor verhalen, avonturen, gebeurtenissen, evenementen, repo's met en zonder vox pops en graag ook vileiniteiten, want die zijn het lekkerst om te lezen. Desnoods weer met die rampzalige raadplaten. En voor de recensie van "Bienvenue". As we speak had ik in de Pathé willen zitten om geheel onvoorbereid die film te zien maar onvoorzienigheden hebben dat voor nu even verhinderd.

16/9/08 18:55  
Blogger emile schreef...

Skran bloejsdklyut iosdip!

Oftewel: blij weer iets van je te lezen, uitgesproken in een nog onontdekte taal die vooral gebezigd wordt door mensen die zinloos met hun vuist op een toetsenbord slaan. De taal van zinloos digitaal geweld dus eigenlijk, waarmee ik dan meteen twijfel of ik deze reactie wel moet plaatsen: er is al genoeg geweld hoor ik mensen wel eens zeggen. Gelukkig zegt de woordverificatie mij 'bvqcq', hetgeen in zoveel wil zeggen als: de Paus zegent je woorden. Ik druk bij deze dus toch maar op 'reactie publiceren'.

16/9/08 22:29  
Blogger LaPingvino schreef...

Hej saluton :)!

Hier dan een reactie van een 19 jaar jonge Esperanto-spreker, om even te laten horen dat jonge Esperanto-sprekers er elke dag bij komen en tegenwoordig naar het schijnt in steeds grotere getale vanwege het internet. (Check http://espe.ranto.nl en de daarop vermelde links, bijvoorbeeld http://nl.lernu.net)

Ik vind het prima als iedereen het waanbeeld heeft dat het vroeger was en dat het vast wel een keer uitsterft, maar wees een beetje voorzichtig. Ik heb al weblogs gezien die een stortvloed Esperantisten over zich heen kregen door een berichtje over Esperanto, of het nou negatief of positief is.

Gelukkig maar dat er ook negatieve reclame is, anders had ik deze wonderlijke taal (en daarmee ook mijn beste vrienden (uit Lyon) en hun taal) waarschijnlijk nooit gekend. Ik dank u zeer voor dit interessante weblog, misschien dat ik ooit naar Frankrijk verhuis... en misschien zie ik een enkeling van de lezers van dit nietige stukje commentaar ooit terug in IS in Duitsland, AS in Polen of IJK of UK ergens anders in de wereld (onbekende termen? Check http://eo.wikipedia.org !).

Aux revoir, je reviendrai ;)

LaPingvino

27/9/08 20:47  

Een reactie posten

<< Home